Belasting op de leurhandel

De Gemeenteraad,

Gelet artikel 170 van de Grondwet ;

Gelet op artikels 117 en 118 van de nieuwe gemeentewet;

Gezien de Ordonnantie van 03.04.2014 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillen inzake gemeentebalastingen ;

Gelet op zijn beraadslaging van 19/11/2013 met betrekking tot het innen van een belasting op de leurhandel, uitvoerbaar verklaard op 09/01/2014 voor een termijn die verstrijkt op 31/12/2018;

Overwegende dat het nodig is de bedragen van de belasting regelmatig aan te passen;

Gezien de financiële toestand van de gemeente;

Op voorstel van het Schepencollege;

STELT   VAST :

Het volgende fiscaal reglement vanaf 01/01/2015 en voor een termijn die verstrijkt op 31/12/2019 :

ARTIKEL 1

Er wordt een belasting geheven op het leuren ten laste van de personen die een leurhandel drijven op het grondgebied van de gemeente.

Wordt, voor de toepassing van dit reglement, uitsluidend als leurhandel beschouwd het verkoop of het te koop aanbieden aan de verbruiker van alle waren of goederen en van allerhande voorwerpen :

 van deur tot deur;

 op de openbare weg, met inbegrip van de vaste standplaatsen op de weg en de

   plaatsen zoals portalen, ingangen en gangen, gelegen langs de openbare weg, die 

   toegankelijk zijn  voor het publiek en niet specifiek gebruikt worden voor  het verkoop

   of voor het te koop stellen.

 Worden evenwel niet als leurhandel beschouwd :

 het verkoop of het te koop stellen van waren of goederen door een gevestigd

   handelaar op de openbare weg, voor zijn winkel, voor zover het kraam of het schraag

   kunnen beschouwd worden als de normale  voortzetting van de instelling en dat de er

   tentoongestelde waren van dezelfde aard zijn  als die welke binnen verkocht worden;

 de openbare verkopingen die gebeuren met de bijstand van de ministeriële

   officieren.

ARTIKEL 2

Worden van de belasting vrijgesteld :

de leurhandelaars in dagbladen, drukwerken en gravures;

de handelsreizigers die op stalen verkopen;

de industriëlen en handelaars die regelmatig hun goederen aan huis leveren.

ARTIKEL 3

Het bedrag van de belasting wordt vastgesteld per dag welke ook de wijze van vervoer der goederen weze op :

  • 2015 : 12,75€
  • 2016 : 13,00€
  • 2017 : 13,25€
  • 2018 : 13,50€
  • 2019 : 13,75€

De belastingplichtigen mogen voorafgaandelijk een forfaitair bedrag  betalen per semester :

  • 2015 : 719,00€
  • 2016 : 733,50€
  • 2017 : 748,00€
  • 2018 : 763,00€
  • 2019 : 778,00€

De belastingplichtigen mogen voorafgaandelijk een forfaitair bedrag  betalen per jaar :

  • 2015 : 1.174,00€
  • 2016 : 1.197,50€
  • 2017 : 1.221,50€
  • 2018 : 1.246,00€
  • 2019 : 1.271,00€

ARTIKEL 4

De personen die onderworpen zijn aan de belasting zijn verplicht vooraleer op het grondgebied van de gemeente met hun leurhandel te beginnen, bij de dienst Financiën een verklaring af te leggen waarin de periode op de welke de belasting moet toegepast worden, vermeld wordt, en de overeenstemmende belasting te betalen aan de Gemeenteontvanger.

Er wordt hun een ontvangstbewijs van deze verklaring evenals een kwijtschrift van betaling afgeleverd.  Dit bewijs moet vertoond worden bij elke vordering van de gemeentebeambten.  In geval van niet-kontant betaling zal de belasting ingekohierd en onmiddellijk invorderbaar worden.

ARTIKEL 5

Bij gebrek aan verklaring voorzien bij artikel 4 of bij onvolledigheid van de verklaring overgelegd door betrokkenen, wordt de belasting van ambtswege vastgesteld volgens de gegevens waarover het Bestuur beschikt en kan de belasting gebracht worden op het dubbel van het ontdoken recht.

ARTIKEL 6

De invordering en de geschillen worden beheerd overeenkomstig de wettelijke bepalingen ter zake.

ARTIKEL 7

Het huidig reglement heft alle voorgaande desbetreffende reglementen op.